dinsdag 3 januari 2012

Verband tussen stadsleven en kans op mentale stoornissen wordt sterker

Dat de kans op mentale stoornissen groter is als mensen in de stad wonen en/of daar geboren zijn, blijft me intrigeren. Zie dit bericht. Nog wat door zoekend naar studies daarover, vond ik dit artikel uit 1998. De onderzoekers, van de Universiteit van Maastricht, volgden Nederlanders die werden geboren tussen 1942 en 1978 en vonden dat het geboren zijn in de meest stedelijke gebieden (van de drie soorten gebieden die werden onderscheiden) de kans op schizofrenie en psychose vergroot. De kans op schizofrenie was ongeveer twee keer zo groot. Voor mannen was het verband sterker dan voor vrouwen.

Wat me in het bijzonder opvalt, is dat de auteurs melden dat het verband met de tijd sterker is geworden. Voor de latere (jongere) generaties is het verschil in de kansen groter dan voor de vroegere (oudere) generaties. Het risico op schizofrenie en psychose als je geboren wordt in de stad is dus in vergelijking met geboren worden op het platteland groter geworden.

Dat verrast me wel wat, want je zou kunnen denken dat in deze periode heel Nederland min of meer is verstedelijkt. Niet alleen in de zin dat stedelijke gebieden zich hebben uitgebreid, maar ook in de zin dat in deze periode de televisie er eerst helemaal niet was en vervolgens tot in vrijwel alle huishoudens is doorgedrongen. En met de televisie is er toch vooral overal de stedelijke cultuur over het land verspreid. (Met Boer zoekt vrouw als uitzondering en misschien juist daardoor met zulke hoge kijkcijfers.) En je zou ook kunnen denken dat mede daardoor een mogelijk verschil in de kans dat er een diagnose wordt gesteld tussen stad en platteland, kleiner is geworden.

Maar dat lijkt dus niet zo te zijn. Om de kans op mentale stoornissen te voorkomen, is het dus juist nu belangrijker om niet in de stad op te groeien dan, zeg, in de jaren vijftig. Is er iets in die stedelijke omgeving veranderd waardoor het opgroeien daarin riskanter is geworden?

Geen opmerkingen: