dinsdag 2 februari 2016

Donald Trump en andere narcisten in de politiek - en over waarom ze hun exposure moeten controleren

Donald Trump, vastgoedmagnaat, mediapersoonlijkheid en sinds juni vorig jaar Republikeins presidentskandidaat , heeft, tegen de opiniepeilingen in, niet de voorverkiezingen in Iowa gewonnen. Nu kun je bij alle Republikeinse kandidaten grote bedenkingen hebben, maar Trump maakte het wel het bontst. Zijn gedrag op televisie en in de debatten maakte overduidelijk dat we weer eens met een narcist te maken hebben die de arena van de politiek ontdekt heeft, waarin hij als grote overwinnaar uit de bus zal komen.

Psychologen die zich over dat gedrag gebogen hebben, komen tot de conclusie dat Trump het schoolvoorbeeld is van de narcist. Videoclips blijken als onderwijsmateriaal te worden gebruikt in workshops. Zie A Neuroscientist Explains: Trump Has a Mental Disorder That Makes Him a Dangerous World Leader.

Narcisme kun je omschrijven als
de neiging tot een grandioos en overdreven positief zelfbeeld, gepaard met een negatieve kijk op anderen. Narcisten zijn extreem ijdel, zoeken aandacht en bewondering, voelen zich superieur, claimen gezag en privileges en ze zijn exhibitionistisch, opschepperig en manipulatief.
Zie verder De donkere drie: psychopathie, narcisme en Machiavellianisme. Die eigenschappen brengen de narcist er toe om een leiderschapspositie na te streven, want hij (meestal een hij) zou het niet kunnen verdragen om naar anderen te moeten luisteren of anderen naast zich te dulden. Vandaar bijvoorbeeld dat die andere narcistische politicus, onze Geert Wilders, alleen in een politiek partij kan functioneren waarin hij alleenheerser is. Zie Foute leiders vergeleken. Over narcisten aan en op weg naar de macht. En over Geert Wilders.

Hoewel narcisten er dus naar streven om een leiderschapspositie in te nemen, weten we dat ze slechte leiders zijn. Ze kunnen slecht tegen kritiek, kunnen niet luisteren, hebben een gebrek aan empathie, zijn weinig bereid en in staat tot samenwerking en hebben een gewetenloze zucht tot overwinnen.

Hoe komt het dat narcisten er dan toch vaak in slagen om op leiderschapsposities terecht te komen? Dat zou er aan kunnen liggen dat ze vaak een oppervlakkige charme hebben die veel mensen aantrekt. Waar mensen pas door heen kijken als ze de persoon beter kennen en langer hebben meegemaakt.

Narcisten blijken dan ook de grootste kans op succes te hebben als ze in staat zijn om de mate waarin wij hen leren kennen, hun exposure, te manipuleren. Vandaar dat narcisten die aan de macht komen ook altijd dictatoriale neigingen hebben, die o.a. ook inhouden dat ze de media willen beïnvloeden. Denk aan Erdogan in Turkije en aan Poetin in Rusland. En natuurlijk aan Hitler.

We weten natuurlijk nog niet hoe het verder gaat met Trump en die Amerikaanse voorverkiezingen. Maar het lijkt er nu op dat Trump te weinig doorheeft dat hij zijn kansen verspeelt als de Amerikaanse kiezers hem te vaak zien. Hij geniet zo van de aandacht die hij krijgt, dat hij niet in staat is om zijn exposure te controleren. Daardoor is hij al vele keren door de mand gevallen en hebben kiezers doorgekregen met wat voor iemand ze te maken hebben.

Geen opmerkingen: